Namen noemen

Het is eeuwigheidszondag las ik gisteren in de vooraankondiging van het interview dat ik vandaag had. Juist deze dagen voelde ik het verdriet om Amanda een beetje klauwend om aandacht vragen. Een van mijn kinderen vertelde iets wat het naar boven bracht. Mijn Lief stuurde daarop een foto van haar graf. Ik deed een boek op de bus naar gebroken ouders. En het is weer november. Zeven jaar geleden was er het streepje. Kort daarna hoorde ik van het vijfde kindje dat overleden was. Haar moeder zat vroeger in mijn gemeente, maar woonde nu aan de andere kant van de wereld. We zouden veel voor elkaar gaan betekenen.

Toen ik vanmorgen opstond, hoorde ik dat een vader uit mijn kerk is overleden. Zijn jongste zoon zit bij mijn tieners in de jeugdgroep, zijn andere kinderen zaten bij mijn oudere kinderen in de klas. We baden als gezin veel voor hem. Ik voel me machteloos en neem de tijd om samen met mijn Lief voor ze te bidden.

Er is meer nieuws in mijn kerk. Twee mensen die we goed kennen zijn opnieuw ouders geworden. Ik stap met gemengde gevoelens in de auto en zet het radiostation vast aan waar ik straks zelf op te horen ben. Ik val in een traditionele kerkdienst. De dominee leest de namen voor van mensen die in het afgelopen jaar overleden zijn. Dan leest hij Psalm 139. De Psalm die ik elke dag las toen we vreesden voor mijn en Amanda’s leven.

Ik verwonder me over hoe de dingen samenvallen. Ik zou een interview geven over mijn cd, maar gezien Eeuwigheidszondag ging het eigenlijk meer over mijn boek. Maar als mijn boek niet in het Engels verschenen was, had ik die cd waarschijnlijk niet gemaakt dus het is wel goed zo. Ik ben dankbaar voor de kans om te vertellen over gelovig rouwen, wat eigenlijk niet bestaat.

Rouw is gewoon rouw, of je nu gelooft of niet. Maar als je gelooft is het op een andere manier ingewikkeld. Je zou troost moeten putten uit je geloof, tenminste, dat zeggen ze tegen je. Maar de pijn is net zo scherp, het gemis volop aanwezig en de weg die je moet gaan moet je gaan, of je nu gelooft of niet. Maar als je gelooft krijg je vaak te maken met goedbedoelende medegelovigen die denken in plaats van het vroegere ‘kusje, over’ nu met ‘gebedje, over’, je pijn te kunnen verzachten, het liefst zelfs wegdoen.

Maar dat kan niet. Die pijn is er, zoals velen vandaag extra ervaren. Die pijn is er. Mag en moet er zijn. Pijn van gemis, van spijt, van verlangen, van gebroken verwachting, van een lege plek. Op deze zondag werden in de kerken de namen genoemd van geliefden die dit jaar overleden. En dacht wie daarbij was vast nog veel verder terug. Zoals ik aan mijn kind.

Zo fijn dat ik het vandaag op de radio weer even over mijn kleine meisje kon hebben. Haar naam kon noemen. Amanda, mijn kind. Nu schrijf ik erover. Door woorden te geven bestaat het. Al bestaat zij ook als ik er geen woorden voor heb. Ze heeft nog altijd haar naam.

Het radiointerview is binnenkort hier terug te luisteren. Het gaat om de uitzending van ‘Kerk in de Huiskamer’, 26-11-2023, 11:00uur.


Ontdek meer van Ineke

Abonneer je om de nieuwste berichten naar je e-mail te laten verzenden.

Plaats een reactie